De hele dag door stellen we grenzen aan onze kinderen. ‘Nee, je mag geen tv kijken’, ‘Niet schreeuwen’ of ‘Dat mag niet, dat is gevaarlijk’. Waarschijnlijk kun je er nog veel meer bedenken en veranderen ze ook naar gelang de leeftijd van je kind(eren). Veel kinderen vinden het echter nog een uitdaging om hun grens aan te geven terwijl dat juist zo ontzettend belangrijk is. In de training Rots & Water besteed ik hier altijd veel aandacht aan, maar door de Corona maatregelen kan ik training op dit moment helaas niet geven. Daarom vandaag een blog over het belang van grenzen stellen voor je kind en hoe je daar als ouder bij kunt ondersteunen.
Kinderen die hun grenzen niet goed aan kunnen geven worden vaker gepest. Daarom is het zo ontzettend belangrijk dat kinderen leren voor zichzelf op te komen en hun grenzen leren aangeven. Wanneer ze hun grenzen gaan aangeven zal dat, in het begin, met name in hun veilig vaste omgeving zijn: thuis dus. Wees hier als ouder op voorbereid, want het is één ding om je kind te leren grenzen aan te geven, maar iets heel anders om als ouder deze grens dan vervolgens ook te accepteren. Mijn ervaring is dat kinderen precies weten waar ze dan ‘Nee’ op moeten zeggen. Toevallig of niet zijn dat ook vaak de situaties waarbij het ‘Nee’ antwoord van hun kind voor de ouder dan net ‘niet uitkomt’. Maar, wie A zegt moet ook B zeggen, dus heel belangrijk lieve ouder om de grens van je kind dan wel te accepteren (of de vraag anders stellen of indien het écht niet kan goed te verwoorden waarom jij als ouder toch een andere beslissing neemt).
Maar hoe leer je je kind nou om zijn of haar grens beter aan te geven? Begin eerst met het herkennen van grenzen, laat je kind ervaren dat het een keus heeft en dat er naar hem/haar geluisterd wordt. Bij jongere kinderen kun je dit doen door ze te laten kiezen uit twee opties. Bij oudere kinderen kun je bijvoorbeeld om hun mening vragen of met ze in discussie gaan waarom iets wel of niet (nu) moet.
Daarna kun je het echte grenzen stellen met ze gaan oefenen. Laat ze ervaren hoe het is als iemand heel dichtbij hen komt staan en vraag wat ze daarvan vinden. Waarschijnlijk zullen ze zeggen dat ze het prettig vinden zolang het mama of papa is. Vraag ze dan om ze eens in te denken als het hun oom, juf, sportbegeleider, vriendje is en kijk of ze iedereen op een bepaalde plek neer kunnen zetten. Op deze manier worden ze bewust van hun persoonlijke ruimte. Vervolgens kun je met ze oefenen dat ze luid en duidelijk (maar niet schreeuwend!) STOP durven te zeggen. Daarna koppel je deze twee oefeningen aan elkaar: Ga op een paar meter afstand van elkaar staan en zeg als wie (jezelf, oom, vriendje ,etc) je je kind rustig lopend nadert. Je kind moet nu STOP zeggen als de persoon die jij speelt niet dichterbij mag komen. Blijf staan en praat met je kind over wat hij/zij voelt en of ze dit in andere situaties ook durven. Deze oefening zal niet in één keer lukken en dat hoeft ook niet! Blijf het af en toe herhalen en vooral luister naar je kind.
Mocht je kind het aangeven van hun grenzen een grote uitdaging blijven vinden en lukt het je niet om dit effectief aan te pakken? Neen vrijblijvend contact met mij op. Wellicht is de Rots & Water training ook een goed idee? Ik denk graag mee.